Vandaag in de F1-geschiedenis....

Gestart door 0634, 05 augustus 2011 - 09:06:36

« vorige - volgende »

SDG

#675
3 maart 1961

Op deze dag wordt Perry McCarthy geboren. De Brit heeft er al een vrij anonieme carrière in de promotieklassen op zitten – o.a. Formule 3000 in 1988 en 1989 zonder ooit een punt te scoren – wanneer hij in 1991 testrijder wordt voor Footwork/Arrows. In 1992 klimt hij nog een stapje hoger, wanneer hij door het nieuwe Andrea Moda-team aangesteld wordt als tweede rijder.

Het wordt echter een ontluisterend jaar voor de nieuwbakken Formule 1-piloot, die pas aangeworven wordt wanneer de aanvankelijk gecontracteerde rijders, Alex Caffi en Enrico Bertaggia, ontslagen worden wegens kritiek op het team. Daar hadden ze evenwel alle redenen toe, aangezien Andrea Moda bij de eerste race in het Zuid-Afrikaanse Kyalami van deelname uitgesloten wordt omdat het de vereiste waarborg voor nieuwe teams niet betaald heeft. Teambaas Andrea Sassetti voert ter verdediging aan dat zijn team de voortzetting is van het voormalige Coloni, waarvan het de inboedel overgekocht heeft, doch de FIA ziet het anders en sluit Andrea Moda uit van deelname.

Pas bij de derde race, in Brazilië, is er één Andrea Moda rijvaardig voor kopman Roberto Moreno, zodat McCarthy nog steeds werkloos moet toekijken. Het brengt zowiezo weinig aarde aan de dijk, aangezien de auto van het team veel te traag is om zich te kwalificeren. Enkel in Monaco slaagt Moreno er verrassend in om een Andrea Moda op de startgrid te krijgen. Voor de rest is het seizoen 1992 één lange aaneenschakeling van kommer en kwel. In Spanje, waar McCarthy ook eindelijk een wagen ter beschikking heeft, raakt hij welgeteld 18 meter ver vooraleer zijn bolide er de brui aan geeft. Vaak geraakt de Brit zelfs niet eens de garage uit, als het team al op tijd aanwezig is bij de prekwalificaties. Zoals in Frankrijk gebeurt, waar de vrachtwagens van Andrea Moda nooit arriveren als gevolg van een grote staking van truckchauffeurs.

Wanneer teambaas Sassetti in Spa gearresteerd wordt op verdenking van zwendel, is voor de FIA de maat vol en sluit het Andrea Moda uit van verdere deelname aan het WK, wegens het in diskrediet brengen van de sport. Het betekent meteen het einde van de korte Formule 1-carrière van Perry McCarthy, die nadien nog kort testrijder is voor Williams en Benetton en vanaf de tweede helft van de jaren negentig enkele keren deelneemt aan de 24 Uren van Le Mans.

McCarthy verwerft echter zijn grootste bekendheid door zijn verschijning als 'The Stig' in het tv-programma 'Top Gear'. Hij schrijft tevens een intrigerende biografie onder de titel 'Flat Out, Flat Broke: Formula 1 The Hard Way'.


SDG

#676
4 maart 1978

Op de omloop van Kyalami vindt de Grote Prijs van Zuid-Afrika plaats, de derde race van het seizoen. Titelverdediger Niki Lauda zet zijn Brabham op de pole; voor de Oostenrijker is het de eerste polepositie sedert hij in het tussenseizoen Ferrari verliet. Naast hem start Mario Andretti (Lotus), gevolgd door de McLarens van James Hunt en Patrick Tambay, de Wolf van thuisrijder Jody Scheckter en de Renault van Jean-Pierre Jabouille. Voor de Franse turbopionier, die hier op het hoog gelegen circuit van Kyalami een voordeel heeft tegenover zijn niet-turboconcurrenten, is het de beste uitgangspositie sedert zijn intrede in de Formule 1.

Het is Andretti die bij de start als snelste weg is, voor Scheckter en Lauda. Hunt valt al snel uit en wanneer Andretti bandenproblemen krijgt en enkele plaatsen terugvalt, neemt Scheckter de leiding over. Vanuit de achtergrond echter komt Riccardo Patrese ijzersterk naar voren oprukken. De jonge Italiaan, die in het tussenseizoen samen met enkele Shadow-dissidenten naar het nieuwe Arrows-team is overgestapt, passeert uiteindelijk ook Scheckter en neemt autoritair de kop van de wedstrijd. In de pas tweede race voor Arrows lijkt een sensatie van formaat in de maak, tot Patrese een vijftiental ronden voor het einde plots met motorpech naar de kant moet.

De nieuwe leider heet vervolgens Patrick Depailler (Tyrrell), die al veel langer dan Arrows en Patrese op zijn eerste overwinning jaagt. De Fransman krijgt in de laatste ronden het Lotus-duo Mario Andretti en Ronnie Peterson in de nek, maar wanneer de Amerikaan enkele ronden voor het einde naar de pits moet om bij te tanken, krijgt Depailler weer wat ademruimte. Hij lijkt het deze keer eindelijk te zullen halen, tot enkele honderden meters voor de finish ook zijn motor wegens brandstofgebrek begint te sputteren. Peterson aarzelt geen moment en de Zweed is diegene die het laatst lacht in een race die pas op de streep zijn geheimen prijsgeeft. Voor Peterson is het de eerste overwinning sedert hij dit seizoen de banden met het team van Colin Chapman terug aanhaalde. Depailler wordt tweede, John Watson (Brabham) derde. De resterende punten zijn voor Alan Jones (Wiliams), Jacques Laffite (Ligier) en Didier Pironi (Tyrrell).

De Duitser Rolf Stommelen maakt in de tweede Arrows zijn wederoptreden in de Formule 1 en twee coureurs rijden in Kyalami hun allereerste Grote Prijs: de pas twintigjarige Amerikaan Eddie Cheever (met een overjaarse Hesketh) en de Fin Keijo 'Keke' Rosberg (met Theodore). Ook nieuw in Zuid-Afrika is het kleine Franse Martini-team met regerend Formule 2-kampioen René Arnoux achter het stuur, maar hij kwalificeert zich niet. In de WK-stand behoudt Andretti (12 punten) de leiding, voor Peterson (11), Lauda (10), Depailler (10) en Reutemann (9).





SDG

#678
7 maart 1969

Op deze dag wordt Hideki Noda in het Japanse Osaka geboren. De coureur heeft in 1994 en 1995 een korte flirt met de Formule 1 wanneer hij, na enkele jaren in de Formule 3000, op het circuit van Jerez in de Grote Prijs van Europa 1994 voor het Larrousse-team zijn Grand Prix-debuut mag maken. Dit als vervanger van de Fransman Yannick Dalmas. Noda's Formule 1-debuut was wellicht onopgemerkt voorbijgegaan ware het niet dat hij, wanneer hij op een ronde gezet wordt, in aanrijding komt met de Williams van Nigel Mansell, wat het einde van zijn race betekent. De Japanner rijdt voor Larrousse ook nog de Japanse en Australische Grote Prijs, waarin hij telkens uitvalt door mechanische pech. Hierna klapt het team echter de boeken dicht.

Vervolgens richt hij zijn aandacht voor 1995 op het Simtek-team. Beide partijen komen tot een overeenkomst: Noda zal in de tweede helft van het jaar de tweede wagen van het team besturen – als teamgenoot van Jos Verstappen – nadat de Italiaan Domenico Schiattarella de eerste seizoenshelft voor zijn rekening mag nemen. Het zal echter nooit zover komen. Noda's sponsors draaien de geldkraan dicht na de zware aardbeving die Japan begin 1995 treft en nog voor het seizoen halverwege is, geeft Simtek wegens financiële problemen er de brui aan. Een poging om later alsnog bij Forti binnen te breken draait op niets uit.

Het betekent meteen het einde van de Formule 1-carrière van Noda, die welgeteld drie Grote Prijzen beslaat. De Japanner is nadien nog actief in andere raceklassen als Indy Lights, Indy Racing League, A1GP en Le Mans.


SDG

#679
9 maart 1997

In het Australische Melbourne wordt het nieuwe Formule 1-seizoen op gang geschoten. Een seizoen dat een op de rijdersmarkt vrij rustige winter opvolgt, want de meeste topteams verlengen de contracten van hun rijders. Ferrari komt aldus nog steeds met Michael Schumacher en Eddie Irvine aan de start, Benetton behoudt het vertrouwen in Jean Alesi en Gerhard Berger en McLaren heeft nog steeds Mika Häkkinen en David Coulthard in dienst.

De uitzondering aan de top heet Williams, dat Jacques Villeneuve behoudt maar wereldkampioen Damon Hill gedumpt heeft ten faveure van de Duitser Heinz-Harald Frentzen, die van Sauber overkomt. Hill is een tijdje in onderhandeling met andere topteams (o.a. McLaren), doch wanneer de Brit daar omwille van zijn financiële eisen naast de boot valt, rest er hem uiteindelijk enkel nog achterhoedeteam Arrows als enige optie. De wereldkampioen van 1996 zal er een moeizaam en vrij anoniem seizoen doormaken.

Een opmerkelijke verandering valt verder te noteren op sponsorgebied, doordat McLaren zijn tabakssponsor Marlboro, waar het al sedert 1974 mee verbonden is, exclusief naar Ferrari ziet vertrekken. Het team van Ron Dennis sluit een deal met een ander tabaksmerk, West, waarbij van het van de gelegenheid ook maar meteen gebruik maakt om zijn wagens voortaan in Mercedes-zilver te schilderen.

In Melbourne treden er ook twee nieuwe teams aan. Het eerste is Stewart, het team van oud-wereldkampioen Jackie Stewart en zijn zoon Paul, dat met Rubens Barrichello en Jan Magnussen twee getalenteerde rijders in dienst heeft en bovendien officiële fabriekssteun geniet van Ford. Het team laat meteen zien dat het zijn plaats in de hoogste klasse van de autosport verdient.

In schril contrast daarmee staan de prestaties van de andere nieuwkomer, Lola. De legendarische naam uit de autosport waagt dit jaar een comeback in de Formule 1, doch het team heeft deze duidelijk zwaar onderschat. Rijders Ricardo Rosset en Vincenzo Sospiri blijven ver boven de kwalificatielimiet van 107% van de poletijd, waardoor ze op zondag niet mogen starten. Wanneer de voornaamste sponsors enkele dagen later hun vertrouwen in het team opzeggen, is het avontuur voor Lola meteen al voorbij voor het goed en wel begonnen is. Voor Sospiri betekent het na één weekend zelfs meteen het definitieve einde van zijn Formule 1-carrière.

Enkele andere nieuwkomers zijn iets fortuinlijker en halen wel de start: de Duitser Ralf Schumacher – de jongere broer van Ferrari-kopman Michael –  bij Jordan, de Japanner Shinji Nakano bij Prost en de Italiaan Jarno Trulli bij Minardi. Bij Sauber maakt een andere Italiaan, Nicola Larini, zijn wederoptreden. Nog een opvallende nieuwkomer is bandenfabrikant Bridgestone, waardoor Goodyear niet langer alleenleverancier in de Formule 1 is.

Vice-wereldkampioen Jacques Villeneuve maakt al in de trainingen zijn ambities voor dit seizoen duidelijk door met bijna twee seconden voorsprong op zijn kersverse teamgenoot Frentzen de polepositie de veroveren. In de race zal hij daar echter weinig vreugde aan beleven. De Canadees start slecht en raakt in de eerste bocht betrokken bij een botsing met Johnny Herbert (Sauber) en Eddie Irvine. Voor alle drie de coureurs betekent het meteen het einde van de race. Frentzen leidt vervolgens in zijn eerste race voor Williams de dans, voor Coulthard en Michael Schumacher. Een bijkomende pitstop van Frentzen brengt Coulthard vervolgens aan de leiding, maar de Duitser vecht zich terug naar voren en lijkt voor een spannend wedstrijdslot te gaan zorgen. Tot hij drie ronden voor het einde uitvalt met een kapotte remschijf. Coulthard laat zich niet meer verrassen en wint voor Michael Schumacher en zijn eigen teamgenoot Häkkinen.

Voor McLaren is het de eerste zege sedert Ayrton Senna de Grote Prijs van Australië van 1993 won, ondertussen al 49 GP's geleden, en het is ook de eerste overwinning voor Mercedes sedert zijn terugkeer in de Formule 1. De overige punten zijn voor Gerhard Berger (Benetton), Olivier Panis (Prost) – de eerste Bridgestone-rijder aan de finish – en Nicola Larini. Titelverdediger Damon Hill moet zijn Arrows al in de opwarmronde aan de kant zetten en Jean Alesi (Benetton) verdwijnt op een knullige manier uit de wedstrijd wanneer hij door een defecte radiocommunicatie vergeet binnen te komen voor benzine en met een lege tank uitvalt.


SDG

#680
10 maart 1991

Wereldkampioen Ayrton Senna (McLaren) wint in de straten van het Amerikaanse Phoenix de openingsrace van het wereldkampioenschap 1991. De nieuwe bolide van de Braziliaan heeft voorafgaand aan de eerste race nauwelijks een meter gereden, doch het belet hem niet het hele weekend te domineren. In de trainingen pakt hij al met meer dan een seconde voorsprong op zijn grote rivaal Alain Prost (Ferrari) de pole en in de race zelf rijdt hij van start tot finish aan de leiding.

Senna is zo meteen ook de eerste coureur die volgens het nieuwe puntensysteem tien punten scoort voor een overwinning in plaats van negen tot dusver. Prost weet als tweede de schade nog enigszins te beperken, de rest van het deelnemersveld volgt al op behoorlijke afstand. De Willamsen van Riccardo Patrese en de bij het Britse team na twee jaren Ferrari teruggekeerde Nigel Mansell rijden een veelbelovend wedstrijdbegin, doch geen van beiden haalt de finish. Mansell ziet zijn race beëindigd door versnellingsbakproblemen en Patrese verdwijnt uit de wedstrijd wanneer hij na een spin getorpedeerd wordt door de Benetton van Roberto Moreno.

Ook Senna's teamgenoot Gerhard Berger en Jean Alesi, de sensatie van de race in 1990 en in het tussenseizoen – ondanks een voorcontract bij Williams – naar Ferrari overgestapt, vallen door mechanische pech uit. Het is uiteindelijk Nelson Piquet (Benetton) die de laatste podiumplaats pakt, voor de Tyrrells van Stefano Modena en Satoru Nakajima en de Larrousse van Aguri Suzuki. Voor beide Japanners is het de enige puntenfinish van 1991.

Ook dit jaar vinden er door het grote aantal inschrijvingen voorafgaand aan de eerste vrije training nog steeds prekwalificaties plaats. EuroBrun, Onyx en Life zijn dan wel verdwenen uit de Formule 1, doch anderen hebben hun plaats ingenomen. Nieuw in 1991 zijn het Modena/Lambo-team, met Nicola Larini en de Waalse debutant Eric Van de Poele, en Jordan, met veteraan Andrea de Cesaris en Bertrand Gachot. Het team van de flamboyante Ier Eddie Jordan, dat vanuit de Formule 3000 de overstap naar de eredivisie van de autosport heeft gemaakt, presenteert in Phoenix een even bloedmooie als snelle wagen en zal in zijn debuutjaar meteen aansluiting vinden bij de subtop. Nog nieuwkomers in Phoenix zijn de Fin Mika Häkkinen bij Lotus, de Brit Mark Blundell bij Brabham, de Fransman Erik Comas bij Ligier en de Portugees Pedro Chaves bij Coloni. Laatstgenoemde zal de prekwalificaties geen enkele keer overleven. Het Italiaanse Osella-team is omgedoopt tot Fondmetal en Arrows presenteert een wagen met een Porsche-motor. Het wederoptreden van de Duitse sportwagenfabrikant in de Formule 1 zal evenwel op een totale mislukking uitdraaien.

Maar ook het raceweekend zelf loopt met een flinke kater af. De publieke belangstelling is minimaal, in die mate zelfs dat een struisvogelrace, die op hetzelfde moment als de Grand Prix in een ander stadsdeel gehouden wordt, meer volk trekt dan de Formule 1-wedstrijd. De FIA trekt dan ook zijn conclusies: de derde Grote Prijs die in de woestijnstad in Arizona georganiseerd wordt is de laatste geweest. Doordat er geen nieuwe locatie gevonden wordt zullen de Verenigde Staten in 1992 voor het eerst sedert de oprichting van het wereldkampioenschap in 1950 niet meer op de Formule 1-kalender figureren. Pas in 2000 komt er opnieuw een Amerikaanse Grote Prijs, in Indianapolis.


SDG

#681
11 maart 1943

Op deze dag wordt in het Italiaanse Civenna Arturo Merzario geboren. De coureur is al vele jaren actief in andere autosportdisciplines (o.a. klimwedstrijden, rally's, toer- en sportwagenraces) wanneer hij in 1972 met Ferrari mag debuteren in de Formule 1 in de Britse Grote Prijs op Brands Hatch. Merzario – die de bijnaam 'Little Art' draagt – wordt prompt zesde en scoort zo meteen zijn eerste WK-punt. In datzelfde jaar rijdt hij enkel nog de Duitse Grote Prijs op de Nürburgring.

In 1973 rijdt hij opnieuw voor Ferrari, deze keer op regelmatiger basis. De Scuderia maakt dat jaar echter een diepe crisis door en geeft zelfs voor enkele races forfait om zijn wagens door te ontwikkelen. Merzario scoort twee vierde plaatsen in Brazilië en Zuid-Afrika als beste resultaat en wordt ook nog zevende in Frankrijk en Oostenrijk. Te weinig om Ferrari, dat met Lauda en Regazzoni voor 1974 een andere richting inslaat, tot een verlenging van zijn contract te bewegen.

Hij komt uiteindelijk bij Frank Williams en zijn Iso-Marlboro team terecht, waar hij eerste piloot wordt. Hij rijdt tweemaal in de punten: zesde in Zuid-Afrika en vierde in Italië. Het zullen achteraf gezien zijn laatste puntenfinishes geweest zijn. In 1975 rijdt Merzario aanvankelijk nog steeds voor Williams, maar doordat diens team hoe langer hoe meer in geldnood geraakt, houdt de Italiaan het na de Belgische Grote Prijs voor gezien. Merzario zit een tijdje zonder stoeltje, tot hij in de laatste twee races van het seizoen in Italië en de VS kan instappen bij Fittipaldi.

In 1976 rijdt hij de eerste helft van het seizoen met een March en vanaf de Duitse Grote Prijs herstelt hij verrassend de banden met Frank Williams, dat dat jaar een partnerschap opgericht heeft met Walter Wolf. In diezelfde Duitse Grote Prijs op de Nürburgring is Merzario één van de rijders die Niki Lauda van de vuurdood redden. Nadat Wolf en Williams aan het eind van het seizoen uit elkaar gaan, staat 'Little Art' opnieuw op straat en de Italiaan besluit deze keer het heft in eigen handen te nemen.

Hij richt Team Merzario op, dat in 1977 met een privé-March aan de Formule 1 deelneemt. Vanaf 1978 zet de Italiaan een extra stap door voortaan met een eigen chassis aan de start te komen. Het ontwerp is echter, op een moment dat de eerste wingcars hun intrede doen, gedateerd en Merzario rijdt dan ook het hele jaar in de achterhoede rond, vechtend voor de laatste startplaatsen. In 1979 bouwt het team uiteindelijk zelf ook een wingcar, maar deze is doorgaans te langzaam om zelfs maar de start te halen. Enkel in Argentinië en in Long Beach haalt Merzario de startgrid, de rest van het seizoen kwalificeert hij zich niet. Een overname van het mislukte Formule 1-project van de Duitser Willi Kauhsen brengt al evenmin aarde aan de dijk en aan het eind van het seizoen houden Arturo Merzario en zijn team, ook al wegens financiële problemen, de Formule 1 voor bekeken.

Het team blijft evenwel bestaan; het zet vanaf 1980 een stapje terug richting Formule 2. Merzario is de eerste jaren zelf nog piloot, nadien geeft hij het stokje door aan andere en jongere rijders. Nadat hij het team uiteindelijk van de hand doet, blijft hij evenwel nog een hele tijd actief in de sportwagenracerij.


SDG

#682
12 maart 2006

In Bahrein wordt de eerste Grote Prijs van het nieuwe Formule 1-seizoen verreden. Het Golfstaatje heeft dit jaar op de kalender van plaats gewisseld met Australië, traditioneel de opener van het seizoen, dat zo concurrentie met de aan gang zijnde Commonwealth Games wil vermijden.

In 2006 zijn er een hele hoop nieuwigheden te zien in de Formule 1. Vooreerst zijn bij de teams verschillende vertrouwde namen verdwenen. De teams in kwestie bestaan op zich nog steeds, maar doordat ze overgenomen zijn door nieuwe eigenaars heten ze nu helemaal anders. Zo heet BAR nu Honda, is Sauber omgedoopt tot BMW-Sauber, luistert Jordan nu naar de naam Midland en gaat Minardi – na de overname door Red Bull, dat er zijn satellietteam van maakt – voortaan als Toro Rosso door het leven.

Eén volledig nieuwe naam is er ook in Bahrein: Super Aguri, satellietteam van Honda en geleid door de Japanse oud-coureur Aguri Suzuki. Dit nieuwe team kent een moeizaam begin, aangezien het niet over een eigen wagen beschikt en daarom uit noodzaak een overjaars Arrows-chassis uit 2002(!) inzet. Verdere nieuwkomers in de Formule 1 in 2006 zijn de Duitser Nico Rosberg (GP2-kampioen van 2005 en zoon van oud-wereldkampioen Keke) bij Williams, de Amerikaan Scott Speed bij Toro Rosso en de Japanner Yuji Ide bij Super Aguri.

Voorts is het motorenreglement dit jaar gewijzigd. De oude drieliter V10-motoren zijn ingeruild voor een 2,4 liter V8-krachtbron. Er wordt echter overeengekomen dat kleinere teams de mogelijkheid krijgen om dit jaar nog met de oude drielitermotoren te rijden, waar Toro Rosso uiteindelijk op ingaat.

Een andere radicale nieuwigheid is het nieuwe kwalificatiesysteem dat vanaf dit jaar ingevoerd wordt. Hierbij wordt het kwalificatie-uurtje opgedeeld in drie 'heats', waarbij in de eerste twee heats telkens de langzaamste coureurs afvallen en op basis van hun resultaat hierin de plaatsen 11 tot en met 22 op de startgrid toegewezen krijgen. In de derde heat strijden de tien overgebleven coureurs vervolgens – met de hoeveelheid benzine waarmee ze in de race zullen starten aan boord – voor de polepositie. Het nieuwe systeem krijgt onmiddellijk veel bijval; na verschillende jaren van experimenteren lijkt men eindelijk het juiste formaat te pakken te hebben.

Op rijdersgebied tenslotte is er aan de top niet veel gewijzigd. De enige toprijder die van team verandert is Rubens Barrichello, die van Ferrari naar Honda vertrekt. Zijn plaats naast Michael Schumacher wordt ingenomen door Felipe Massa, die van Sauber komt en na reeds enkele jaren als testcoureur voor Ferrari gefungeerd te hebben nu eindelijk van het echte werk bij de Scuderia mag proeven.

Na de kwalificaties bezetten Schumacher en zijn nieuwbakken teamgenoot de eerste startrij, waarmee het team uit Maranello meteen een stuk beter beslagen ten ijs lijkt te komen dan in het tegenvallende 2005. Er valt al meteen een eerste grote verrassing te noteren wanneer vice-wereldkampioen Kimi Räikkönen (McLaren) in Q1 crasht, waardoor hij verder geen tijd kan neerzetten en van de laatste startplaats moet vertrekken.

Beide Ferrari's zijn bij de start als snelste weg, voor titelverdediger Fernando Alonso (Renault), doch de Spanjaard rukt snel op naar de tweede plaats en het wordt al vlug duidelijk dat het voor de zege tussen de oude en de huidige wereldkampioen zal gaan. Al heeft Alonso wel geluk dat hij bij een spin van Massa, die stuurloos door de eerste rechtsbocht na start en finish glijdt, op een haartje na door de Ferrari gemist wordt. De pitstops beslechten uiteindelijk het duel, wanneer Alonso bij het uitkomen van de pits de aanstormende Schumacher nét kan voorblijven. Het is het beslissende moment in de race, want hoewel Schumacher alles doet wat hij kan, slaagt Alonso er in om alle aanvallen netjes te pareren.

De titelverdediger wint dan ook met een zucht voorsprong op zijn Duitse rivaal, waarmee het eerste gevecht van wat een uitermate spannende tweestrijd zal worden in het voordeel van Renault wordt beslecht. Räikkönen rijdt via een uitgekiende pitstopstrategie naar de derde podiumplaats, de resterende punten zijn voor Jenson Button (Honda), Juan-Pablo Montoya (McLaren), het Williams-duo Mark Webber-Nico Rosberg en Christian Klien (Red Bull).



SDG

#683
14 maart 1993

In het Zuid-Afrikaanse Kyalami gaat het nieuwe Formule 1-seizoen van start. Voorafgaand rommelt het behoorlijk aan de top van het deelnemersveld: wereldkampioen Nigel Mansell wordt door Frank Williams voor bewezen diensten bedankt en zal in 1993 zijn titel niet verdedigen. De Brit trekt uiteindelijk naar de Indycars, waar hij in zijn debuutjaar meteen de titel zal pakken. In zijn plaats bij Williams keert Alain Prost na een sabbatjaar terug in de Formule 1. Hij stelt echter een belangrijk veto als voorwaarde voor zijn aantreden, namelijk dat zijn grote rivaal Ayrton Senna niet zijn teamgenoot mag worden.

De Braziliaan is ziedend over wat hij 'de lafheid van Prost' noemt en dient noodgedwongen zijn verblijf bij McLaren, dat zijn motorenpartner Honda ziet afhaken en het voortaan met een klantenversie van de Ford-motor moet stellen, te verlengen. Aanvankelijk ziet Senna het zelfs helemaal niet zitten om aan het seizoen 1993 deel te nemen – als ultieme charmeoffensief biedt hij zelfs tevergeefs gratis zijn diensten aan Frank Williams aan – maar uiteindelijk komt hij tot een akkoord met Ron Dennis om per race een nieuwe overeenkomst te tekenen, in ruil voor één miljoen dollar per Grote Prijs.

Bij Williams wordt uiteindelijk testrijder Damon Hill – zoon van oud-wereldkampioen Graham – tweede piloot, terwijl McLaren de Amerikaanse Indy-ster Michael Andretti – zoon van ook al een oud-wereldkampioen, Mario – aantrekt. De Fin Mika Häkkinen, die ook aangeworven was voor het geval Senna de handdoek in de ring zou werpen, verhuist tijdelijk naar de reservebank. Ook bij de andere topteams zijn er flink wat wijzigingen. Benetton behoudt wonderkind Michael Schumacher en trekt vice-wereldkampioen Riccardo Patrese als tweede rijder aan, bij Ferrari – dat vanaf dit seizoen geleid wordt door ex-Peugeot-manager Jean Todt – keert Gerhard Berger na drie jaar McLaren terug naar het oude nest naast Jean Alesi, Ligier presenteert met Martin Brundle en Mark Blundell een volledig Brits rijdersduo en er is ook een veelbelovende nieuwkomer: Sauber, dat met Karl Wendlinger en JJ Lehto aan de start komt. Het team van de Zwitser Peter Sauber, dat met Mercedes de afgelopen jaren furore maakte in het WK voor Sportwagens, maakt na het opdoeken van dat kampioenschap de overstap naar de Formule 1. In afwachting van officiële fabriekssteun van Mercedes in 1994 rijdt het team dit jaar met een Ilmor-krachtbron.

Andere nieuwkomers in Kyalami zijn de Braziliaan Rubens Barrichello bij Jordan en de Italiaan Luca Badoer bij BMS (dat chassisbouwer Dallara inruilt voor Lola). Derek Warwick maakt bij Arrows een terugkeer in de Formule 1, terwijl Philippe Alliot hetzelfde doet bij Larrousse. March, dat aanvankelijk ook voor 1993 ingeschreven staat, gaat kort voor de eerste Grote Prijs van het seizoen op de fles.

De kwalificatie is een onderonsje tussen Prost en Senna, waarbij de Fransman aan het langste eind trekt. Hij verslaat zijn Braziliaanse kwelduivel met miniem verschil. Michael Schumacher volgt als derde al op anderhalve seconde, Hill – die omwile van de afwezigheid van wereldkampioen Mansell het hele seizoen met startnummer 0 zal rijden – is vierde. In zijn technisch superieure Williams FW15 – waarvan tegenstanders beweren dat zelfs een aap er wereldkampioen mee kan worden – moet Prost bij de start wel Senna, Schumacher en Hill voorlaten, maar Hill spint reeds in de eerste ronde achterstevoren en verdwijnt uiteindelijk na een crash met Alex Zanardi (Lotus) definitief uit de wedstrijd. Prost rekent nadien vlot af met Schumacher en nestelt zich vervolgens in het spoor van Senna. De Braziliaan maakt zich zo breed als maar mogelijk, maar na een derde van de wedstrijd neemt zijn Franse rivaal definitief het commando over en niemand ziet hem nog terug voor de finish. Senna en Schumacher leveren vervolgens nog een geanimeerd duel voor de tweede plaats, waarbij beide wagens elkaar uiteindelijk raken. De McLaren-rijder kan zijn weg vervolgen, voor de Duitser is het einde wedstrijd.

Senna finisht uiteindelijk als enige binnen dezelfde ronde van Prost als tweede, de resterende punten zijn voor Mark Blundell (Ligier), Christian Fittipaldi (Minardi), JJ Lehto (Sauber) en Gerhard Berger (Ferrari). Derek Warwick, die op het einde op een nat geworden baan nog uit de race spint, is na hen de enige coureur die nog geklasseerd wordt; alle overige rijders vallen uit. De Formule 1 komt in 1993 voor het laatst naar Zuid-Afrika.



SDG

#684
16 maart 1942

Op deze dag wordt in het Noord-Hollandse Aerdenhout Gijs Van Lennep geboren. Over de carrière van de Nederlander zijn hele boeken volgeschreven, doch Formule 1 is daar slechts een klein onderdeel van. Van Lennep maakt vooral furore in andere raceklassen, met de nadruk op de sportwagenracerij. Zijn palmares liegt er dan ook niet om, met twee overwinningen in de 24 Uur van Le Mans (in 1971 met Helmut Marko en in 1976 met Jacky Ickx) en één zege in de Targa Florio (in 1973).

In de Formule 1 neemt hij tussen 1971 en 1975 deel aan negen Grand Prix. In 1971 debuteert hij met een Surtees in de Nederlandse Grote Prijs op Zandvoort, amper één week na zijn fel bejubelde zege in Le Mans. Hoewel hij nog geen Formule 1-ervaring heeft, rijdt hij in wisselvallige weersomstandigheden een prima race. Hij geeft o.a. ex-wereldkampioen Graham Hill het nakijken en finisht als achtste. Zijn volgende optreden in de koningsklasse van de autosport komt precies twee jaar later, bij de Nederlandse Grote Prijs van 1973. Met een door Frank Williams ingezette Iso-Marlboro rijdt Van Lennep een dijk van een race en hij finisht op een indrukwekkende zesde plaats. De vreugde om het behalen van het eerste WK-punt is echter van korte duur, wanneer hij net als zijn andere collega's na de aankomst te horen krijgt dat de jonge Brit Roger Wiliamson tijdens de race dodelijk is verongelukt. In 1973 komt Van Lennep nog twee keer in actie: in Oostenrijk wordt hij negende en in Italië valt hij uit.

In 1974 rijdt hij, opnieuw voor Frank Williams, twee GP's, nog steeds met de Iso-Marlboro: in België wordt hij veertiende en voor eigen publiek moet hij helaas de schande van een niet-kwalificatie ondergaan. In 1975 tenslotte keert Van Lennep nog eens kort terug in de Formule 1, met een door de broers Hoogenboom (HB Bewaking) ingezette Ensign. Hij rijdt drie GP's: in Nederland wordt hij tiende, in Frankrijk vijftiende en in de door uitvallers geteisterde Duitse Grote Prijs op de Nürburgring finisht hij als zesde, waardoor hij een tweede WK-punt aan zijn palmares toevoegt. Gijs Van Lennep wordt in 1999 door een vakjury verrassend uitgeroepen tot beste Nederlandse autocoureur van de eeuw, vóór Arie Luyendijk, Toine Hezemans, Jan Lammers en Jos Verstappen.



Super Seb

Mooie stukjes iedere keer! Leuk om te lezen! Tnx!
"Keep calm and ignore Multi-21....."

ReDxVoDkA

18 maart 2001 de GP van Maleisië.

Hier enkele punten. Iemand anders moet er maar een verhaal van maken

Juan Pablo Montoya startte niet vanaf de grid.
Ralf Schumacher was gespind in de eerste bocht van ronde 1 en lag hierna laatste in het veld.
De race werd gehouden onder nat/droog omstandigheden.
Voordat de race was gestart was de Sauber van Kimi Räikkönen al kapot. Eerst werd gezegd dat Kimi transmissieproblemen had.
Jos Verstappen steeg in de 1e ronde van de 18e naar de 6e plaats.


Uploaded with ImageShack.us

SDG

Citaat van: ReDxVoDkA op 18 maart 2013 - 21:03:07
18 maart 2001 de GP van Maleisië.

Hier enkele punten. Iemand anders moet er maar een verhaal van maken

Juan Pablo Montoya startte niet vanaf de grid.
Ralf Schumacher was gespind in de eerste bocht van ronde 1 en lag hierna laatste in het veld.
De race werd gehouden onder nat/droog omstandigheden.
Voordat de race was gestart was de Sauber van Kimi Räikkönen al kapot. Eerst werd gezegd dat Kimi transmissieproblemen had.
Jos Verstappen steeg in de 1e ronde van de 18e naar de 6e plaats.

http://www.gppits.net/forum/index.php/topic,11719.msg318774.html#msg318774

U vraagt, wij draaien...  ;)

Kootje

Citaat van: ReDxVoDkA op 18 maart 2013 - 21:03:07
18 maart 2001 de GP van Maleisië.

Hier enkele punten. Iemand anders moet er maar een verhaal van maken

Juan Pablo Montoya startte niet vanaf de grid.
Ralf Schumacher was gespind in de eerste bocht van ronde 1 en lag hierna laatste in het veld.
De race werd gehouden onder nat/droog omstandigheden.
Voordat de race was gestart was de Sauber van Kimi Räikkönen al kapot. Eerst werd gezegd dat Kimi transmissieproblemen had.
Jos Verstappen steeg in de 1e ronde van de 18e naar de 6e plaats.

Met dank aan Wiki? ;)

ReDxVoDkA

Citaat van: Kootje op 18 maart 2013 - 21:20:16
Citaat van: ReDxVoDkA op 18 maart 2013 - 21:03:07
18 maart 2001 de GP van Maleisië.

Hier enkele punten. Iemand anders moet er maar een verhaal van maken

Juan Pablo Montoya startte niet vanaf de grid.
Ralf Schumacher was gespind in de eerste bocht van ronde 1 en lag hierna laatste in het veld.
De race werd gehouden onder nat/droog omstandigheden.
Voordat de race was gestart was de Sauber van Kimi Räikkönen al kapot. Eerst werd gezegd dat Kimi transmissieproblemen had.
Jos Verstappen steeg in de 1e ronde van de 18e naar de 6e plaats.

Met dank aan Wiki? ;)

You don't say!?!


Uploaded with ImageShack.us